Het is al weer jaren geleden dat ik dit verhaal heb geschreven. Het lokaal waar ik over schrijf, bestaat al lang niet meer en de lieve buurvrouw die naast me stond te tekenen, is helaas op veel te jonge leeftijd overleden.
De glazenwasser
Afgelopen week werd ik op de kunstacademie geconfronteerd met een model. Het was
voor mij niet helemaal de eerste keer, maar toch was het wel even wennen toen een onbekende vrouw het lokaal binnenkwam en gelijk al haar kleren uittrok. Het was een jonge vrouw die duidelijk ervaring in het poseren had en naar mijn idee trots kon zijn op de mooie welvingen van haar lichaam.
Het lokaal, waar wij les hebben, is sterk verouderd en rammelt letterlijk aan alle kanten.
Ook met de verwarming is het niet zo goed gesteld. Met twee oude gaskachels moet de tochtige ruimte ’s ochtends op temperatuur worden gebracht en dat duurt dan wel even.
Gelukkig was er voor het model wel een extra elektrische ventilatorkachel geregeld, maar aan de kleur van haar huid kon ik zien dat ze het niet echt warm had. Ik had deze keer mijn verf- en schilderattributen thuisgelaten en was van plan alleen met houtskool aan de slag te gaan, dus de huidskleur deed er niet zo toe. Het lokaal is voorzien van veel ramen en heeft zelfs dakramen, wat onze schildertalenten alleen maar ten goede komt. Nu heb ik in de jaren dat ik in dit lokaal lessen volg nog nooit een glazenwasser gezien en zeker met het daglicht vanuit de dakramen was het de laatste tijd slecht gesteld. Omdat wij ons model nog wel wat privacy wilden geven en de andere cursisten geen blik op onze schone jonkvrouw gunden, hebben we alle gordijnen dichtgedaan.
De opdracht was om in zeer korte tijd het model te tekenen. We kregen hier gemiddeld maar acht tot tien minuten voor. Het model nam elke keer weer een andere pose aan en dan konden we weer helemaal opnieuw beginnen. Ik voel me meer een schilder en speel liever met alle mogelijke kleurcontrasten dan dat ik in detail een tekening opzet. Ik was dus bang dat ik met alle vormen en verhoudingen van het menselijk lichaam de mist in zou gaan. Aan het einde van iedere les worden alle werken altijd besproken en deze keer zag ik hier erg tegen op. Tot mijn eigen verbazing viel het best mee en waren mijn tekeningen niet slecht.
Omdat ons model dus vele standjes aannam en het lijnenspel van haar lichaam mij tot
uiterste concentratie dwong, had ik niet zo snel in de gaten wat er zich achter mijn rug
afspeelde. Ik zat net in de knoop met het probleem hoe in zittende houding met haar benen gekruist de onderkant van haar dijbeen een contrast moest gaan vormen met de badjas, die ze ditmaal over de leuning van haar stoel had gedrapeerd.
Mijn buurvrouw vloekte zachtjes dat ze gek werd van al die plooien van die stomme badjas. Hierdoor schrok ik wakker en hoorde achter mij het geluid van een krassende wisser over glas. Toen ik mij omdraaide keek ik in de glanzende ogen van een glazenwasser, die door het spleetje tussen het gordijn stond mee te genieten en niet alleen van mijn prachtige tekening.
Volgende week krijgen we een ander model en, zoals ik heb begrepen, nu meer in de stijl van Rubens. Ik ben benieuwd of het me dan ook weer gaat lukken om mooie tekeningen te maken.